Youssef Ghaben schreef in december een verslag van de overstromingen die het vluchtelingenkamp in Jabalya trof. Hieronder een vervolg over de ramp na de ramp. Over arme mensen die alles kwijtraakten dat ze hadden. 

Soms lijkt een ramp op het eerste gezicht mee te vallen, maar blijkt de ernst ervan pas  als de gevolgen na enkele weken duidelijk worden. Dat lijkt ook het geval voor de acht dagen durende winter storm Alexa die de Gazastrook vanaf 10 december vorig jaar teisterde en grote overstromingen veroorzaakte onder andere in het Jabalya vluchtelingenkamp.

floodingToen ik een rondgang maakte door de volledig overstroomde buurten en vooral in het Al-nafaq ” Tunnel” gebied  aan de zuidgrens van het vluchtelingenkamp, was ik echt geschokt.  Voor de inwoners van dit gebied betekende de overstroming  een extra ramp bovenop de al bestaande ellende en armoede.

Ik sprak met geograaf Ahamed Nafez over deze ramp. ” Al-nafaq ligt 20 meter lager dan het omliggende gebied en door de zware dagenlange regenval is al het regenwater uit de omgeving naar dit gebied gestroomd,”  zo verklaart  Ahamed Nafez.

Alnafaq“Dit gedeelte is volledig overstroomd. Op sommige plaatsen stond het water 5 meter hoog. Alleen de daken staken nog net  boven het water uit. Mensen konden zich ternauwe nood redden. Het leek wel alsof een grote dam het plotseling had begeven  zoveel water stroomde in korte tijd het gebied in” zei Sami Tawil, een 55-jarige vluchteling  die zich mengde in ons gesprek.

Het kostte de autoriteiten 15 dagen voordat al het regenwater gemengd met riool- en afvalwater uit het Al-Nafaq gebied was weggepompt. Pas toen was het mogelijk om het gebied in te gaan en de schade op te nemen. Werkelijk, het was vreselijk. Muren zaten onder de schimmel en de stank van vocht overheerste alles. Alle spullen in de huizen waren beschadigd en overdag drong  in de huizen nauwelijks  licht door.

6Hele families waaronder vrouwen, kinderen en oudere mensen verzamelden zich op straat. Het leek wel alsof er zich geesten in de huizen bevonden die de bewoners ervan weerhielden hun huizen te betreden.

In de smalle paadjes tussen de huizen bevond zich nog het resterende water. Alles was koud en de geur van ziekte hing in het gebied.

Tientallen huizen zijn onbewoonbaar. Veel families die tijdens de overstroming bescherming zochten in scholen hebben bij terugkeer tenten opgezet of hebben hutten gemaakt van golfplaten. Veel mensen scharen zich rond open vuren tegen de kou.

tentUm Salem, een oudere vrouw zegt dat haar familie alles kwijt is. ‘’Al onze bezittingen zijn onherstelbaar beschadigd door het water. We hebben geen   beddengoed, kleding en meubels helemaal niets. We hebben niet eens een plaats om te slapen. Wat kunnen we doen? U ziet, er is niets meer’’ zegt Um Salem.

Dit is slechts één voorbeeld van de ellende. Er zijn veel meer voorbeelden. Zoals die van de 21 jarige vluchtelinge Ahlam Hathat.  Zij was net twee weken voor de overstromingen getrouwd met haar neef.  Zij woont bij haar grootmoeder omdat haar ouders gescheiden zijn.

Haar grootouders hadden besloten om hun kleine kapitaaltje, bestemd voor hun eigen begrafenis, te besteden aan de trouwerij van hun kleinkind Ali met Ahlam.

AhlamTwee weken later hebben ze niets meer.  ‘’Ik heb geen tijd gehad om mij gelukkig te voelen. Alles is weg,  de slaapkamer, mijn kleren, mijn sieraden  alles. Ik voel geen trots meer’’ zegt Ahlam met verdrietige stem.

‘’Wij zijn arme mensen. We hebben geen plaats meer om te wonen. U kunt het zelf zien. Ons huis is te vuil om in te kunnen wonen. We doen een beroep op iedereen die ons zou kunnen helpen’’ zegt de grootmoeder terwijl ze de tranen uit de ogen van haar kleindochter veegt.

Terwijl ze dit zei keek ze mij recht in de ogen, maar ik kon geen woorden vinden  om uit te spreken.

3Er zijn veel maatschappelijke organisaties die deze mensen te hulp zijn geschoten met voedsel, beddengoed en andere goederen. Maar er is veel te weinig om de nood van de getroffenen te lenigen.

Het enige dat ik kan zeggen is dat dit slechts één van de vele  vergelijkbare verhalen is in het getroffen gebied.

 

Youssef A. Ghaben

Hij is docent aan het Nama’a College in Jabalya