Een initiatiefvoorstel van GroenLinks in de gemeenteraad van Groningen (februari 1998) een internationale samenwerking aan te gaan met een lokale gemeenschap in een Arabisch land, resulteerde in een uitspraak van de gemeenteraad (22 december 1999) geen stedenband te initiëren met een stad in een Arabisch land. Andere samenwerkingsvormen werden echter niet uitgesloten. Internationale samenwerking zou vorm gegeven kunnen worden middels een projectmatige, en op resultaat gerichte werkwijze met een vooraf vastgestelde beperkte duur.
Na een werkbezoek van een aantal burgemeesters uit de Palestijnse gebieden aan Nederland (1998) hebben vertegenwoordigers van een Groningse initiatiefgroep door tussenkomst van Mouin Rabbani contact gehad met de burgemeester van Jabalya. Na een bezoek van burgemeester Jacques Wallage aan de Palestijnse gebieden (1999) ontving de gemeente Groningen van de gemeente Jabalya een verzoek om hulp bij het opzetten van niet-commerciële kinderopvang.
Na het besluit van de Gemeente Groningen om te onderzoeken wat de mogelijkheden zouden kunnen zijn (nota “Uit de kinderschoenen!”, begin 2000) volgde een project-identificatie-missie naar Jabalya in september van dat jaar. N.a.v. de positieve bevindingen is er een voorstel voor de gemeenteraad van Groningen geformuleerd, welke 17 oktober 2001 unaniem door de gemeenteraad werd aangenomen. Besloten dit project “Jeugd in Jabalya” uit te werken en te concretiseren.
Een missie in februari 2002 resulteerde in de ondertekening van een “Memorandum of Understanding” waarin de gemeentes Groningen en Jabalya overeenkwamen een jeugdcentrum in Jabalya te willen gaan bouwen, een lokaal jeugdbeleid te gaan ontwikkelen, een onafhankelijk bestuur voor het jeugdcentrum op te gaan zetten en een uitwisseling van kennis tot stand te brengen tussen het jeugdcentrum in Jabalya en een soortgelijke instelling in Groningen. Dit “Memorandum” werd in augustus 2002 door de burgemeesters van Groningen en Jabalya ondertekend.
In oktober 2002 heeft de gemeente Groningen een projectovereenkomst gesloten met VNG-International. Deze draagt maximaal 260.000 Euro bij aan het project, waaronder ongeveer de helft van de investeringskosten van de bouwkosten van het jeugdcentrum, dat gemaximeerd is op 300.000 Euro. De gemeente Groningen neemt de andere helft van de investering voor haar rekening. De einddatum van het project is bepaald op april 2005.
In november 2002 hebben de beide gemeentes een contract getekend waarin Groningen de investering van 300.000 Euro in de stichtingskosten garandeert op de voorwaarde dat Jabalya donoren vindt voor de aankleding, inrichting en exploitatie van het jeugdcentrum.
In februari 2004 heeft de gemeente Groningen een project overeenkomst aangegaan met de gemeente Jabalya en het inmiddels opgerichte onafhankelijke bestuur in Jabalya. Direct daarop is begonnen met de bouw van het jeugdcentrum, welke in april 2005 is voltooid.
In de loop van 2005 is met financiële hulp van de gemeente Groningen (maximaal voor 1 jaar) een kleine staf aangesteld bestaande uit een directeur, een secretaris en een activiteitencoördinator. Taak van de directeur zou vooral bestaan uit het interesseren van donoren voor het financieren van de aankleding, inrichting en exploitatie van het jeugdcentrum i.q. projecten die in het centrum kunnen plaatsvinden.
Per 31 december 2005 werd de overeenkomst met VNG-International beëindigd. Weliswaar waren de doelstellingen van het project ‘Jeugd in Jabalya’ nog niet geheel gehaald, deze zouden in een nieuwe overeenkomst met VNG-International in het kader van haar nieuwe subsidieprogramma LOGO-South alsnog verwezenlijkt kunnen worden. Het ging daarbij voornamelijk om de implementatie van het inmiddels geformuleerde jeugdbeleid en de kennisuitwisseling met de Groningse instellingen op het gebied van jeugdbeleid.
Veranderend landschap
Sinds het najaar van 2005 is het landschap waarin de contacten met Jabalya plaats hadden drastisch gewijzigd, zowel in de Palestijnse gebieden, in Jabalya zelf als in Nederland en Groningen. Vanwege de terugtrekking van de Joodse nederzettingen uit de Gaza-strook besloten veel internationale donoren, vanwege te verwachten (interne) spanningen zich tijdelijk uit de Gazastrook terug te trekken. Toen in januari 2006 Hamas de parlementsverkiezingen won, gevolgd door een internationale boycot van deze regering bleven deze internationale donoren, ook al vanwege de aanhoudende interne spanningen tussen Hamas en Fatah, weg. De Israëlische regering reageerde op deze ontwikkelingen met het sluiten van de grenzen van de Gazastrook en het bevriezen van de belasting tegoeden. Toen in juni een Israëlische soldaat werd ontvoerd volgde de vergeldingsactie “zomerregen” waarbij ook in Jabalya dagelijks doden en gewonden vielen, met name onder burgers.
In oktober 2005 ging onze ‘counterpart’ gemeentesecretaris Mohammed Basheer Al Tayeb met pensioen en in december van dat jaar overleed burgemeester Khaleel A. Samarah. Daarmee verdwenen twee van de belangrijkste partners van het Groningse project uit het bestuur van de gemeente Jabalya.
Directie en bestuur van het jeugdcentrum zijn er mondjesmaat in geslaagd donoren te vinden die bereid waren te investeren in het jeugdcentrum. Activiteiten op sportgebied en theater zijn in gang gezet. Wij schatten dat met deze activiteiten zo’n 10 tot 20 procent de capaciteit van het totaal van de mogelijkheden van het centrum wordt benut.
Toen in de loop van 2006 de Groningse financiering van de stafmedewerkers afliep zag het bestuur van het jeugdcentrum zich genoodzaakt deze bij gebrek aan middelen te ontslaan. Wel werd een deel van deze mensen bereid gevonden hun werkzaamheden te continueren, onder de toezegging dat wanneer er weer geld is zij alsnog uitbetaald zullen worden.
In de loop van 2006 werden door VNG-International de voorwaarden waaronder in het LOGO-South programma subsidies beschikbaar komen vastgesteld. Anders dan eerder werd veronderstelt komt het project van de gemeente Groningen daarvoor niet meer in aanmerking. In overleg met de betrokken Nederlandse werd aanvankelijk gekozen voor de thema’s milieu en jeugd, na consultatie van APLA (de Palestijnse vereniging van gemeenten) en Buitenlandse Zaken werd overeengekomen dat enkel aanvragen voor het thema ‘milieu’ gehonoreerd zou kunnen worden. Bovendien zou de Nederlandse gemeente een extra band aan moeten gaan met een Israëlische gemeente in het kader van de door VNG-International geïnitieerde project MAP, de Municipal Alliance for Peace.
In Groningen werd in november 2005 de begroting 2006 vastgesteld. Daarin werd voor de jaren 2006-2007 een bedrag van 65.000 Euro gereserveerd ten behoeve van de afronding van het project ´Jeugd in Jabalya´. In diezelfde maand werd door de verantwoordelijk wethouder van Schie in een gesprek met de Stichting duidelijk gemaakt dat deze afronding niet meer door de gemeente zelf zou worden uitgevoerd, zij dacht daarbij aan de MJD of eventueel de Stichting. Deze laatste heeft in dat gesprek aangegeven daarvoor ´in de markt´ te zijn. OCSW zou daarover met de Stichting contact opnemen. Toen dat niet gebeurde heeft de Stichting het initiatief genomen een voorstel te formuleren. Deze werd op 7 maart 2006 met de heer Siewert Pilon besproken. Resultaat daarvan was dat OCSW akkoord was met de opzet, maar dat niet duidelijk was, gelet op de internationale boycot van de Hamas/regering, wanneer één en ander geëffectueerd zou kunnen worden. Na de gemeenteraadsverkiezingen werd in april een nieuw College geïnstalleerd. In het Collegeprogramma werd wat betreft Jabalya besloten, na afronding van het project ´Jeugd in Jabalya´ de contacten met Jabalya te continueren en uit te bouwen. Ook werd besloten alle internationale contacten (behalve de economische) te concentreren in de portefeuille van burgemeester Wallage. In juni werd duidelijk dat de internationale boycot niet van toepassing was op projecten als die van Groningen, ook al omdat deze als humanitaire hulp aangemerkt zou kunnen worden. In september volgde een kennismakingsgesprek tussen Wallage en de Stichting. Bij dit gesprek werd het idee gelanceerd om eerst een poging te doen de exploitatie van het jeugdcentrum op de middellange termijn zeker te stellen aangezien Groningen daar niet de middelen voor heeft. Aanvankelijk zag het er naar uit dat BuZa bereid was een consultant voor dit doel te financieren. Helaas liep dit op niets uit.
In januari 2007 volgde een nieuw gesprek tussen Wallage en de Stichting. De Stichting werd gevraagd een voorstel te doen teneinde de contacten met Jabalya af te hechten en de kosten daarvan in beeld te brengen. Voorts zal de Stichting een voorstel doen het consultancy-traject in beeld te brengen.